Herinner jij je nog dit veelvoorkomend fenomeen dat nu vergeten is?

Je kreeg het niet zomaar in de schoot geworpen. Je moest er hard voor trainen. Lange middagen doorgebracht in een benauwd zwembad, met een strenge maar eerlijke instructeur. De geur van chloor bleef dagen in je haar hangen en je voeten waren standaard verrimpeld.

Het moment dat je het behaalde, voelde als een echte triomf. Je was doorweekt, koud, maar ook enorm trots. Er werd een foto gemaakt met een handdoek om je schouders en een grote glimlach. Thuis kreeg het een plek in een lijstje of werd het bewaard tussen belangrijke papieren. Niet omdat het er indrukwekkend uitzag, maar omdat het betekende dat je het had bereikt.

Het stelde qua uiterlijk niet veel voor – een simpel stukje stof, rechthoekig en dun, in vale kleuren. Toch voelde het officieel aan. Het zat vast op een stukje karton of gewoon los in een plastic hoesje. Iedereen wist wat het betekende: je kon jezelf redden in het diepe, terwijl je kleren aanhad, door een hoepel duiken, en moeiteloos blijven drijven alsof je leven er vanaf hing.

Op school was het onderwerp van gesprek alsof het een prestatie was. De een had A, de ander al B. Sommigen hadden zelfs C – zij waren de sterren. Maar de meeste kinderen stopten bij deze variant. Je wist dat je ‘klaar’ was, althans volgens je ouders.

Vandaag de dag ligt het ergens weggeborgen in een oude doos, vergeeld en vergeten. Maar een enkele blik is genoeg om je terug te brengen naar dat zwembad, die zenuwen en dat gevoel van trots.

Wie herinnert zich nog wat dit stukje stof was?

Antwoord

Het antwoord is: het oude zwemdiploma B.

Geen digitaal document, niet gelamineerd, niet officieel – gewoon wat textiel of bedrukt papier, meestal met een vale blauwe achtergrond en je naam met pen erbij gekrabbeld.

Zwemdiploma B was meer dan alleen tonen dat je kon zwemmen. Het gaf aan dat je doorzettingsvermogen had, je was een stap verder dan slechts een beginner. Je kon met een regenjas aan door een zeildoek duiken en vervolgens keurig op je rug naar de kant zwemmen. Je was, in de ogen van je ouders, voldoende voorbereid voor een vakantie aan het meer.

Veel kinderen stopten na B. Sommige gingen door voor C, maar B voelde al als ‘gevorderd’. Het diploma verdween uiteindelijk in een kast, een mapje, of een verhuisdoos. Maar de herinnering eraan – de geur van chloor, het stroeve water, de opluchting na het afzwemmen – die blijft altijd.

Een klein stukje stof, maar voor degenen die het meemaakten: onvergetelijk.